Wednesday, March 9, 2011

Recordaantal burgerslachtoffers in 2010 in Afghanistan, VN wil betere bescherming burgers

Gewone Afghaanse burgers dragen de zwaarste lasten van de strijd in Afghanistan. Oorlog en geweld hebben in 2010 aan 2.777 Afghaanse burgers het leven gekost. Dit is het hoogste aantal sinds de oorlog in oktober 2001 begon.

Dat heeft de United Nations Assistance Mission for Afghanistan (UNAMA) woensdag bekendgemaakt. Het aantal doden onder de burgerbevolking is met 15 procent toegenomen vergeleken met 2009.

De meeste doden, ongeveer driekwart, vielen door aanvallen van de Taliban en andere opstandelingenbewegingen. De meeste slachtoffers maakten bermbommen en zelfmoordaanvallen, maar er vinden ook steeds meer moordaanslagen plaats.

Aanvallen van Afghaanse en buitenlandse troepen vergden het leven van 440 burgers, 16 procent van het totaal. Luchtaanvallen maakten hier de meeste slachtoffers, hoewel dit aantal is afgenomen vergeleken met 2009.

De cijfers zijn gepubliceerd in het “Jaarverslag over de Bescherming van Burgers in Gewapende Conflicten 2010” (2010 Annual Report on the Protection of Civilians in Armed Conflict) dat is opgesteld door de UNAMA en de Onafhankelijke Afghaanse Mensenrechtencommissie (AIHRC).

De afgelopen vier jaar werden 8.832 burgers gedood in het conflict. Jaar in jaar uit is het aantal burgerdoden toegenomen.

De VN dringt er bij al de strijdende partijen opnieuw op aan om Afghaanse burgers beter te beschermen.

“We dringen er bij al de partijen in het gewapende conflict op aan, bij de anti-regeringselementen, de regering van Afghanistan en de internationale troepenmacht, om veel meer te doen in 2011 in overeenstemming met hun wettelijke verantwoordelijkheid om burgers te beschermen.”

Dat zei Georgette Gagnon, hoofd van de Afdeling Mensenrechten van de UNAMA tijdens een persconferentie in de Afghaanse hoofdstad Kabul.

“2011 zou een jaar moeten zijn van toenemende bescherming van burgers, biet opnieuw een jaar waarin het aantal burgerslachtoffers toeneemt,” zo zei Gagnon.

Opstandelingen
Groeperingen die strijden tegen de regering en de buitenlandse troepen worden in verband gebracht met 2.085 burgerdoden, 75 procent van het totaal. Dit is een stijging van 28 procent vergeleken met 2009.

Zelfmoordaanvallen en geïmproviseerde explosieven, een term waaronder ook bermbommen vallen, vergden het leven van de meeste Afghaanse burgers in 2010. Hierdoor vonden 1.141 mensen de dood, dat is 55 procent van de doden die door opstandelingen werden gemaakt.

De meest alarmerende trend is volgens de UNAMA dat 462 burgers werden vermoord door opstandelingen. Dit is een stijging van 105 procent vergeleken met 2009.

Coalitie
Regeringsgezinde strijdkrachten worden gelinkt aan 440 burgerdoden (16 procent), dat is een daling van 26 procent vergeleken met 2009.

De meest dodelijke tactiek van de regeringsgezinde strijdkrachten zijn de luchtaanvallen. Die eisten het leven van 171 burgers. Dat is 39 procent van het totaal aantal burgerdoden dat door toedoen van deze troepen werd gemaakt.

Negen procent van de burgers die in 2010 werden gedood kon niet worden toegeschreven aan een partij in het conflict.

De VN dringt er bij al de strijdende partijen op aan om Afghaanse burgers beter te beschermen.